Fotograaf:
B4Plastics
Auteur:
Group Casier, greentech@casier.be
B4Plastics noemt zich een ‘polymeerarchitectuurbedrijf’. “We ontwikkelen wereldnieuwe biomaterialen”, legt oprichter en CEO Stefaan De Wildeman uit. “Het zijn alternatieve grondstoffen voor toepassingen waar vandaag fossiele bronnen voor nodig zijn of die gemaakt zijn uit materialen die niet of moeilijk recycleerbaar of biodegradeerbaar zijn.”
Van opleiding is Stefaan De Wildeman bio-ingenieur. “Ondernemerschap is uiteindelijk mijn roeping gebleken”, lacht hij bij wijze van verwelkoming. “In 2014 richtte ik B4Plastics op. Ik was toen professor aan de Universiteit van Maastricht. Overdag stond ik les te geven en labo’s in te richten. ’s avonds besteedde ik een fulltime job aan B4Plastics. Ik had geen geld en geen team, voelde wel wat er op komst was. ‘Ga ik mijn nek uitsteken en straks op de eerste rij staan en wat ga ik daarvoor doen?’ was de vraag die ik me stelde. Ik begon subsidieprojecten aan te vragen. In 2017-2018 werd B4Plastics geselecteerd voor twee VLAIO-projecten en een groot Europees project. Dat was een kantelmoment. Ik besliste om volledig voor B4Plastics te gaan en gaf mijn job aan de universiteit op. Dat is meer dan goed uitgedraaid. Wat ik in gedachten had, is werkelijkheid geworden.”
Stefaan De Wildeman: “Intussen is B4Plastics betrokken bij elf subsidieprojecten. Tijdens de coronapandemie zijn we gegroeid naar een bedrijf van bijna 20 mensen en we blijven groeien. We vinden het belangrijk om dat impactvol te doen. De tijd is rijp om te implementeren wat we al jaren aan het voorbereiden zijn. De wereld heeft daar nood aan. De Food Planet Prize bevestigt dat. De prijs leverde ons niet alleen (h)erkenning op, maar ook 2 miljoen dollar. Daarmee kunnen we nieuwe stappen voorwaarts zetten.”
“We maken biokunststoffen op maat voor specifieke toepassingen. Denk aan trimdraad voor bosmaaiers, tomatenclips, touwen voor in serres ... Er is nog veel te bekenken, de wetenschappers in ons labo gaan het gewoon allemaal doen! Binnenkort presenteren we bijvoorbeeld de eerste rubber ter wereld die biologisch afbreekbaar én slijtvast is. De manier waarop wij als polymeerarchitect naar de wereld kijken en naar duurzame oplossingen zoeken, lijkt momenteel nogal uniek. De Food Planet Prize kregen we voor de ontwikkeling van biodegradeerbaar vissersmateriaal, zoals netten, kooien en touwen. Dat materiaal wordt vandaag achtergelaten in de oceaan. Het veroorzaakt daar enorme plasticvervuiling. De stroming van de zee vermaalt het plastic tot hele kleine stukjes — microplastics — die uiteindelijk — via de vis die wij eten —in onze voedselketen terechtkomen. Het sterke bioplastic dat wij ontwikkelen, heeft een houdbaarheidsdatum en wordt op een natuurlijke manier afgebroken zodra het in de vorm van bijvoorbeeld visnetten in het water wordt vergeten of achtergelaten.”
“Als een bevestiging waar je het tegelijk koud en warm van krijgt (lacht). Ik heb geen idee hoe we genomineerd zijn geraakt. Van bijna 400 kandidaten die prijs winnen, wil voor mij zeggen dat de stichting die de prijs uitreikt, naar waarde schat wat we doen en hoe we dat doen. Een grote schare aan bedrijven die begrijpen dat ze duurzamer moeten worden, slepen hun geschiedenis achter zich aan. Als je producten in de markt zet die op de ‘oude’ manier gemaakt worden, kan een bedrijf zich daar niet zomaar van losknippen en vanaf morgen op een andere manier produceren. Ik heb ergens wel met die bedrijven te doen. Wij slepen geen geschiedenis mee en kunnen van een wit blad vertrekken, hoe radicaal we maar willen. De wereld aanvaardt dat we het zo radicaal doen. Maar ook wij kunnen niet toveren, bepaalde grondstoffen moeten van buiten Europa komen en we kunnen er niets aan veranderen dat sommige daarvan over de weg vervoerd worden, hoe graag we het ook anders zouden zien. We zijn er echter van overtuigd dat met alle inspanningen die in de bio-economie op til zijn, we op de eerste rij zitten om snel grote stappen te kunnen zetten.”
“Vandaag leven we op een ecologische voetafdruk waar we meerdere aardbollen voor nodig hebben om in onze levenspatronen te blijven voorzien. De wereld kan dat niet blijven dragen. Er zijn veel voorspellingen over hoe ver we van het ‘breekpunt’ zitten, maar het is uiteindelijk erop of eronder. We moeten af van het lineaire productiemodel met uitputting aan de ene kant en afval aan de andere kant. Door alles in cirkels te laten draaien, kunnen we het tij nog keren. Die noot moet nu gekraakt worden. Onder de noemer Reduce. Refuse. Rethink. denken we daarover na binnen B4Plastics. De Rethink slaat op ons bedrijf: wij herdenken elke dag nieuwe, duurzamere materialen. Reduce en Refuse staan vooral voor menselijk gedrag: we kunnen zelf impact creëren en daar plezier aan beleven door ons eigen gedrag aan te pakken en afval te vermijden of alleszins te verminderen.”
“Ik ben vader van een gezin en voel me voor een stuk gevangen in de realiteit. Auto’s zijn voor mij bijna een middeleeuwse praktijk: dergelijke zware machines die enkel dienen om ons te vervoeren? Kunnen ze niet veel lichter? Kunnen we niet veel meer met de fiets doen? We moeten op persoonlijk vlak veel radicaler met onze keuzes en beslissingen leren omgaan. In januari 2021 schreef ik in een LinkedIn-post: ‘Er is een Greta (Thunberg, red.) in ieder van ons’. Begin dit jaar schreef ik: ‘The Green Queens and Kings in all of us: let them stand up in 2022!’. Sommige mensen denken dat het zal gebeuren vanuit de wetgeving en industrie maar niet iedereen heeft door dat je door radicalere keuzes te maken, ook veel zelf kunt doen. Als we allemaal 5 tot 10 procent in voetafdruk besparen en we beginnen daar morgen mee, dan zetten we al veel in gang. Zo simpel kan het zijn.”
“Ik zie fantastische innovaties (in spe) tot stand komen in onze veranderende wereld. Ik ben bijvoorbeeld enorm gefascineerd door een project van twee Zweedse wetenschappers die uitvisten hoe je voor de productie van oplaadbare batterijen kostbare metalen als lithium en nikkel kunt vervangen door lignine. Deze chemische substantie ontstaat bij de productie van papier. Om uit hout papier te maken, wordt het hout in stukken gezaagd en gekookt. Tijdens het koken blijft lignine achter. Door deze substantie te mengen met een aantal andere chemische stoffen kan ze gebruikt worden voor het elektrische systeem in een batterij. Ik begrijp dat de laadcapaciteit per gewicht nog inferieur is in vergelijking met de huidige generatie batterijen, maar dat zijn ontwikkelingen waar ik van snoep. Ik hou van elk initiatief dat ons in het dagelijkse leven meer in de richting van circulariteit kan brengen.”
“Ik probeer zelf mijn steentje bij te dragen door mijn overtuigingen en inzichten te delen met jongeren. In mijn lessen over biokatalyse aan de KU Leuven bereik ik elk academiejaar een nieuwe lichting studenten Bio-ingenieur. Aan vijf universiteiten — Leuven, Gent, Maastricht, Graz (Oostenrijk) en binnenkort ook in Venetië (Italië) — werken er ook doctoraatstudenten voor B4Plastics op de nieuwste generatie biomaterialen. In opdracht van VLAJO — Vlaamse Jonge Ondernemingen — trek ik geregeld ook naar middelbare scholen. En bij B4Plastics broeden we intussen op producten om bioplastic bespreekbaar te maken tot aan de keukentafel. We dromen van een soort ‘duurzaamheidsarena’ waar mensen duurzaamheid echt kunnen beleven en waar wij vanuit de rijkdom aan materialen die we zelf ontwikkelen innovaties tot bij de consumenten brengen.”
Meer lezen over B4Plastics
Meer lezen over de Food Planet Prize 2021 voor B4Plastics
Door deze site te gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. Cookies kunnen worden beheerd in uw browser of de apparaatinstellingen.